Ottolenghi’s beroemdste kookboek is Plenty. Alleen de námen van de gerechten maken je al lekker. Geitenkaassoufflés met gepocheerde vanilleperziken? Ik bedoel maar.
Maar man, o man, wat zijn de recepten tijdrovend. En voor de ingrediënten moet je dan ook nog eens naar de toko of de delicatessenzaak. Ik gebruik zijn boek graag, met Kerst en verjaardagen. Maar na een dag achter de laptop duik ik liever in Simpel.
Soms wil je uitpakken. Maar in het leven van alledag is simpel vaak beter. Met de Finse sauna is het net zo.
Een Finse sauna is een heteluchtbad. Een gemiddelde cabine is 4 m2. Een kachel verwarmt die ruimte tot 80 of wel 120 graden. In Finland stoken ze hout, in Nederland is hij meestal elektrisch. Hoe groter de ruimte, hoe meer vermogen je kachel moet hebben. Is je cabine groter dan 2 m2, dan heb je een krachtstroomaansluiting nodig.
De saunakachel is gevuld met stenen, die hun warmte geleidelijk afgeven. Als je er water overheen giet, stijgt de luchtvochtigheid in de sauna. Daar krijg je het nóg warmer van.
In een Finse sauna zweet je. En flink ook. Zodra je binnenkomt registreren de receptoren op je huid de hitte. Je hersenen zetten een proces in werking om je lichaamstemperatuur op 37 graden te houden: je zweetklieren verspreiden een laagje vocht over je hele lichaam. Het water verdampt en neemt je overtollige warmte mee.
Na het opwarmen in een Finse sauna moet je flink afkoelen. In Finland rollen ze in de sneeuw, of zwemmen ze in ijswater. Thuis kun je in je tuin gaan zitten ('s winters) of jezelf in een regenton onderdompelen. Als je geen tuin hebt ga je minstens 2 minuten onder een ijskoude douche staan. Het proces van opwarmen en afkoelen herhaal je 2 of 3 keer. Je bloedsomloop is gestimuleerd, en spanning in je spieren verdwijnt. Je krijgt een loom, rozig gevoel.